Index: DamClients/DamUI/trunk/doc/DAM UI - User manual/DAM UI - User manual.tex =================================================================== diff -u -r6911 -r6941 --- DamClients/DamUI/trunk/doc/DAM UI - User manual/DAM UI - User manual.tex (.../DAM UI - User manual.tex) (revision 6911) +++ DamClients/DamUI/trunk/doc/DAM UI - User manual/DAM UI - User manual.tex (.../DAM UI - User manual.tex) (revision 6941) @@ -850,20 +850,13 @@ Binnen DAM wordt de ligging van een dwarsprofiel vastgelegd door de ‘Locatie’ (zie \autoref{fig:VoorbeeldLocatie}). Een locatie is een punt en wordt ruimtelijk gedefinieerd door een XY-coördinaat. -Als gewerkt wordt met shape bestanden, dan bevat de attribuut tabel voor de locatie shape de volgende (hard gedefinieerde) attributen: -\begin{enumerate} - \item LOCATIONID; de naam van de locatie, bijvoorbeeld dijkring\_hectometrering - \item DIKERING\_ID; de naam van de dijkring. - Dijkring wordt hier meestal in de zin van projectgebied gebruikt en niet zozeer de dijkringindeling van de primaire keringen. - Overigens is deze keuze geheel vrij. - \item DAMTYPE; Geeft aan of het een primaire kering (primary), dan wel regionale kering (regional) betreft. -\end{enumerate} +Als gewerkt wordt met shape bestanden, dan bevat de attribuut tabel voor de locatie shape de volgende (hard gedefinieerde) attribuut: \\ +LOCATIONID; de naam van de locatie, bijvoorbeeld dijkring\_hectometrering De LOCATIONID, net als andere naamgeving binnen DAM, mag geen leestekens bevatten (\#, -, \& of :). Dit kan problemen opleveren in de verdere verwerking van de bestanden. Daarnaast mogen spaties ook niet, hiervoor kan een underscore (\_) gebruikt worden als koppelteken. - Naast de locaties dient ook de ligging van de cross-sections geïmporteerd te worden. De cross-sections zijn gedefinieerd van de buitenwaartse zijde van het dijklichaam richting de binnenwaartse zijde. De lengte van de cross-sections hoeft niet gelijk te zijn aan de lengte van de geometrie (zie \autoref{sec:Dwarsprofielgeometrie}). @@ -3425,7 +3418,6 @@ location\_id & StringId & - & yes & Name of location \\ \hline surfaceline\_id & StringId & - & yes & Reference to surfaceline \\ \hline segment\_id & StringId & - & yes & Reference to segment \\ \hline -dikering\_id & StringId & - & no & Name of the dike \\ \hline geo\_x & Float & m & yes & X-coördinate \\ \hline geo\_y & Float & m & yes & Y-coördinate \\ \hline x\_soilgeometry2D\_origin & Float & m & no & The distance in x-direction between the origin of the soilgeometry2D and the first point of the surfaceline \\ \hline @@ -3843,7 +3835,6 @@ - @@ -3864,7 +3855,6 @@ Naam & \multicolumn{2}{c|}{location\_id} \\ \hline X (RD) [m] & \footnote{Impliciet geïmporteerd met dezelfde shapefile als locatie\_id.\label{footnote_geoXY}} & geo\_x \\ \hline Y (RD) [m] & \textsuperscript{\ref{footnote_geoXY}} & geo\_y \\ \hline -Kering & \multicolumn{2}{c|}{dikering\_id} \\ \hline SegmentId & \multicolumn{2}{c|}{segment\_id} \\ \hline Verkeersbelasting [kN/m\textsuperscript{3}] & \multicolumn{2}{c|}{TrafficLoad} \\ \hline Verdelingshoek verkeerbelasting [\degr] & \multicolumn{2}{c|}{TrafficLoadDistributionAngle} \\ \hline